In een gezin van vijf is de was best een grote klus. En als een van de gezinsleden dan ook nog eens een smeerkees is zoals Robin, ja, dan heb je er wel echt je handen aan vol.
Van wie hij het heeft is een raadsel, want Marcel en ik zijn allebei gewoon netjes. En Robin vroeger ook, eigenlijk. Als klein jongetje leek hij zelfs wat smetvrees te hebben.
Vingerverven? Geen denken aan, die smerige verf op zijn handen!
Lekker spelen in de zandbak? No way! Want dat vieze zand kruipt overal tussen, hoor.
En er is zelfs een periode geweest dat hij aan tafel na elke hap zijn mond schoonveegde.
Overdreven, dat vind ik ook.
Maar nu overdrijft hij langs de andere kant.
Onlangs zei hij ‘dat hij het niet meer erg vindt om vies te zijn’. No kidding.
Had ik niet gedacht, hoor, van het kind dat rustig met zichtbaar vieze handen en nagels aan tafel komt, en dan verontwaardigd is dat hij ze toch echt eerst moet wassen. Dat zijn handen tijdens het eten altijd maar weer aan zijn trui afveegt. Dat je bijna letterlijk onder de douche moet schoppen of hij zou zich rustig twee weken niet wassen. Waarvan je duidelijk minder ondergoed in de was terugvindt dan van zijn broers.
Soms kan ik bijna niet geloven dat deze nonchalante halve landloper van een zoon ooit een heerlijk ruikend pietje-precies was. En ik geef toe dat ik er niet goed tegen kan.

Maar goed, de was dus. Voor de kinderen koop ik sowieso niet veel kleren, en ik heb die van mij en Marcel al eens min of meer geminimaliseerd, dus we moeten wel kort op de bal spelen, of er moeten er in hun blote pielemuis naar school. Marcel en ik werken grotendeels van thuis uit, dus wat we daar dragen (of niet), dat maakt niet veel uit.
We hebben wel een goede taakverdeling gemaakt: Marcel wast (nee, niet met de hand) en hangt op, en ik vouw en leg in de kasten. Behalve de kleren van de oudste jongens, die doen dat zelf. Oh, en ik strijk ook. Heel af en toe, een beetje. Maar Marcel nooit, en ik wel, en dus vermeld ik het graag even.
En het is niet dat alle huishoudelijke taken hier netjes gepland staan (hell no), maar bijna elke zaterdag vouw ik de berg was van de voorbije week. En als Victor me niet onderbreekt, vind ik dat leuke me-time, want intussen kijk ik op YouTube videoclips van de jaren negentig, audities van talentenshows, Britse stand-up comedy of video’s over minimalisme.
En van die laatste raak ik dan geïnspireerd, en wil ik aan de slag in huis. Vandaag schreef ik eerst deze blogpost, en tja, misschien moet ik eerst maar weer video’s kijken, want de inspiratie is nu ver te zoeken. Maar misschien straks. Of misschien ook niet. ’t Is weekend hè zeg.