Seksuele voorlichting

Robin van bijna dertien heeft nogal een brede interesse. En als iets hem interesseert, dan wil hij er graag veel over weten en onthoudt hij ook geweldig goed wat hij erover gehoord, gezien of gelezen heeft.

Van nature houdt hij erg van wetenschappen en techniek, en er zijn nog wel vakgebieden die hij best te pruimen vindt. Maar boeit iets hem niet, dan gaat het er het ene oor in en het andere weer uit. Na vierenhalf jaar huisonderwijs weet ik dat maar al te goed.

En zo verging het ook de seksuele voorlichting die ik de voorbije jaren een paar keer probeerde te geven. Blijkbaar valt dat in Robins ogen niet onder wetenschappen…

Het veranderende puberlichaam, de menstruele cyclus, de menselijke voortplanting, anticonceptie en seks in het algemeen, je zou toch denken dat je als jonge snaak graag wilt weten hoe dat ongeveer zit allemaal. Leon wel hoor, die vond het interessant. Maar Robin staarde de helft van de tijd dromerig voor zich uit, en dat zegt natuurlijk veel.

In ieder geval wou ik het allemaal toch nog eens ter sprake brengen, nu hij echt volop in zijn puberteit zit. Maar omdat ik de laatste tijd blijkbaar echt enorm irritant doe tegen hem en hij alles wat uit mijn mond komt standaard gezeur vindt, vond ik het geen slecht idee om Marcel een poging te laten doen. Hij weet tenslotte uit eigen ervaring wat het is om stilaan een mannenlichaam te krijgen, met alles erop en eraan.

Marcel was meer dan bereid om die belangrijke taak op zich te nemen, en dezelfde dag nog hoorde ik hem aan Robin een halve zin uitleg geven over natte dromen, om daarna ”s morgens word ik wakker met een natte broek’ te kwelen op wat de tonen van Houten kop van Zjef Vanuytsel moesten zijn. Hij is nu eenmaal geen nachtegaal.

In ieder geval is dat niet het soort voorlichting dat ik in gedachten heb voor mijn jongens, en dus kaartte ik het kort daarna nog eens aan, en bracht ik veilig vrijen ook nog maar eens ter sprake, al is dat volgens mij nog láng niet aan de orde hier. Het is te hopen, begot, hij moet nog dertien worden, hè zeg.

Ik kan niet zeggen dat Robin het nu wel allemaal geweldig boeiend vond, en hij deelde mijn mening dat hij daar allemaal helemaal nog niet mee bezig was. Sterker nog, volgens hem ging het zeker nog meer dan vijf jaar duren voor hij interesse zou krijgen in meisjes of jongens (dat laatste was mijn toevoeging, en daarop kreeg ik ‘Waarom denkt gij dat ik gay ben, zeg?’ te horen. Ne mens kan hier niet veel goed doen, zeg ik u.)

Enfin, om die meer dan vijf jaar moest vooral Marcel hartelijk lachen. Ik citeer: ‘Binnenkort loopt gij hier rond als ne bronstige stier, vriend!’

Zou hij uit ervaring spreken? Dat het dan maar niet erfelijk is!

Fijnproevers

Robin, mijn eerste kind, smulde als peuter van olijven en zongedroogde tomaten en deed je als kleuter op restaurant meer plezier met een slaatje garnaal dan met frieten en kipnuggets.

Hij eet graag en veel en heel gevarieerd en er zijn maar een handvol dingen waar hij niet erg vrolijk van wordt. Choco bijvoorbeeld, en pannenkoeken, en koffiekoeken. Ik weet ook niet wat ik daarvan moet denken.

Victor is ook een heel gemakkelijke eter, al heeft hij een maag als een erwt en zijn de hoeveelheden niet om over naar huis te schrijven. Maar we kunnen op een paar vingers tellen wat hij echt niet graag lust, en hij staat ook echt open om nieuwe dingen te proeven.

In ieder geval had ik mezelf op de borst kunnen kloppen en dat goede eten aan mijn opvoedkwaliteiten toe kunnen schrijven. Of aan de borstvoeding, waardoor ze al van in het begin aan verschillende smaken blootgesteld werden. Of aan de fijne sfeer aan tafel, want we eten altijd gezellig samen.

Gelukkig deed ik het niet.

Want Leon, die op dezelfde manier opgevoed wordt, ook borstvoeding kreeg en nota bene een grote broer had die het perfecte voorbeeld gaf, tja, die begon rond zijn tweede verjaardag zijn neus op te halen voor alles wat hij nooit eerder geproefd had, en hij schrapte ook heel wat voedingsmiddelen die hij eerder wél at.

Ik wist niet wat me overkwam, en ik weet het negen jaar later eerlijk gezegd nog steeds niet goed.

Ik mag wellicht niet klagen, want hij lust het meeste fruit wel, en rauwe groenten zónder dressing, en bruin brood en nog wel wat gezonde dingen. En ook heel wat ongezonde dingen, wees gerust. Choco, pannenkoeken of koffiekoeken? Geen probleem.

Maar gemakkelijk is het niet, zo’n kind dat ’s avonds eigenlijk alleen maar echt goed eet als de pot spaghetti, frieten of pizza schaft.
Dat in een broodjeszaak alleen maar een droog broodje wil, want hij lust geen hartig beleg en alleen groenten op een broodje, nee, dat kan toch niet.
Dat op de uitgebreide menukaart van een restaurant alleen maar frieten uitkiest met eventueel een gefrituurde snack, want restaurantspaghetti zal hij zeker wel niet lusten, en al de rest is gewoon ronduit vies.
Dat twijfelt of hij wel naar het verjaardagsfeestje van een vriendje zal gaan, want die vertelde enthousiast dat ze hamburgers gingen eten, en dat is ook al niks voor hem.

Maar goed, hij groeit en ontwikkelt zich goed. En het gaat langzaamaan beter. Hij komt er wel. Ooit.

Met ieder kind is er natuurlijk wel iets, en bij het herlezen van deze blogpost vond mijn moederhart toch dat er ook iets positiefs over mijn lieve Leon geschreven moest worden. Want het is wel echt een schatje, hoor.

Zo maakte hij voor Moederdag een boekje waarin hij in het Engels uit de doeken doet hoe graag hij me wel niet ziet en hoe supercool ik wel niet ben, zeg. Ik ben er echt oprecht blij mee.

Voor de volledigheid: van Robin kreeg ik niks (‘Ja, ik wist toch niet wat ik moest maken, hè.’) en Victor, die vond dat zijn tekening mislukt was, bood me vijftig cent aan uit zijn spaarpot, die ik overigens beleefd weigerde. Iets zegt me dat die twee later heel romantische partners gaan zijn…

De ochtenden

Een doordeweekse dag, zes uur ’s morgens. Robins wekker loopt af en wij horen het gezoem tot in onze slaapkamer.
Victor slaapt.

Robin stommelt zijn bed uit en bonkt de trap af. Hij doet een luidruchtige plas.
Victor slaapt.

Robin neemt een uitgebreide douche in de badkamer, die tegenover onze slaapkamer ligt, en stoot er dingen om.
Victor slaapt.

Robin rommelt in de keuken en wil ontbijten, maar merkt dat het brood nog niet gesneden is (en nee, dat doet hij niet zelf, joh). Hij komt het met een diepe bromstem melden. Marcel staat zuchtend op.
Victor slaapt.

Robin gaat naar buiten om zijn dieren te verzorgen en laat de deur achter zich dicht vallen.
Victor slaapt.

Stipt om half acht gaat het elektrische rolluik van de slaapkamer automatisch en met veel lawaai omhoog. De zon schijnt meteen volop binnen en de kamer baadt in het licht.
Victor slaapt.

Rond tien voor acht roept Marcel Leon wakker, van onderaan de trap.
Victor slaapt.

Pas als ik me heel voorzichtig uit bed hijs om toch ook maar aan de dag te beginnen, wordt hij wakker, meestal binnen de tien seconden. En dus blijf ik vaak tot het allerlaatste moment liggen. Alles voor de nachtrust van mijn kind, dat spreekt voor zich…

Maar elke zaterdag- en zondagochtend, ergens tussen zes en half zeven, als het muisstil en donker is in huis, dan wordt meneer wakker. En begint te kwebbelen.

Élk weekend opnieuw, begot! Aargh! Enfin ja, ik mag niet klagen zeker, in vergelijking met veel andere ouders? Maar ik doe het toch, hoor, het is tenslotte míjn blog. Aargh!

Maar goed, zoals je al tussen de regels kon lezen, slaapt hij nog bij ons, die Victor. Iets met een nogal bangig kind en ouders die echt geen zin hebben in gedoe ’s avonds en ’s nachts. En die weten dat het gewoon góed is voor een kind (ook een groter kind, ja!), zo met zijn ouders slapen, ook al is het in onze cultuur niet echt gebruikelijk, en mja oké, het is ook niet altijd even leuk. Maar toch zouden meer ouders het moeten doen als je ‘t mij vraagt.

In ieder geval zijn we er meer dan gerust in dat hij op een dag helemaal vanzelf naar een eigen kamer gaat vragen, net zoals zijn broers ooit deden. We wachten nog net niet met smart…